maandag 12 december 2016

Zwart-wit en vliegen

Ik poets de zwart-wit met stenen ingelegde keukenvloer op mijn knieƫn die, geschaafd en gehaaid van het zakendoen en het spelen met mannen in betere kledij dan de mijne, betere tijden heeft gekend omdat jij houdt van een proper huis en ook omdat ik zelf toch niets van verlangens heb waarover ik durf te praten, ik ben een groot purperen hol vanbinnen en vanbuiten multifunctioneel, glad en herbruikbaar, een eiland binnen een eiland binnen een eiland met een muur eromheen en prikkeldraad en een toren en nog een muur met security camera's erop en een poort met dubbel glas en metaal bewaakt door een grote, enorme, getaande man die "nee jij niet" zegt, en geregeld krijg ik bezoek van op recyclage beluste toeristen die rond de wereld reizen om daar alle mogelijke vormen van recyclage te beleven, hoewel er maar drie hoofdvormen zijn, namelijk recyclage van organische dingen, van anorganische dingen en van dieren, waaronder mensen, dus ik denk dat ze hun tijd wat verspillen, maar ze moeten het uiteindelijk zelf weten, ze zijn oud en wijs genoeg, enzovoorts, enzoverder, et cetera: de vliegen zoemen om mijn hoofd en ik bedenk dat ze vastzitten in het heden net zoals ik ook vastzit in het heden en dat ze een verleden hadden maar dat dit verleden al afgelopen is net zoals ik ook een verleden had maar dat dit verleden afgelopen is en dat ik nu vastzit in het heden op de vloer in de keuken terwijl ik daar alles aan het boenen ben en er plots een fijne straal bloed uit mijn neus loopt en ik een steek in mijn zij-lichaam voel en ik denk "och het zal deze keer toch zeker wel kanker zijn", maar aangezien ik geleerd heb om de paniekerige indrukken op het toetsenbord in mijn hersenen grotendeels, misschien wel voor 99 procent te negeren, negeer ik dit, negeer ik dit, en ik zeg "het is al maandag" en "dat wil zeggen dat het binnenkort vrijdag is", maar de woorden kaatsen naar me terug via de geboende vloer, via het gele plafond, via de lege koelkast, via de lege kasten, via de lege koude dode tuin buiten, via de binnenkant van mijn oorschelp en begin ik me daar toch een pathetische pot te grienen en ik denk "straks wordt alles nog nat", hahahaha, maar wat kan jullie dat eigenlijk allemaal schelen? Niets.

dinsdag 12 april 2016

An ode to domestic violence

In the silent and shiny kitchen
The expensive appliances, the dirty towels,
The fluorescent shimmer,
It's been 7:30 for a while now,
It's neither dark nor really bright.

She is sobbing in the corner,
Which doesn't really help her,
She can't stop nonetheless,
The children are not sleeping,
In their seperate rooms,
Wrapped in Carebear-blankets,
Pretending to be unaware,
Colliding echos resonating in their ears.

He is of on a glorious rampage,
A pedagogue celebrating,
The succes of his brawly style.