dinsdag 27 mei 2008

A letter from Danny

Vandaag kreeg ik een erg mooie brief van een vriend uit de states:

"Hey Frank

How you doing, you've been good? We haven't really been mailing for a while, but I've been keeping real busy. It's easy to lose track of each other when you're so far apart.

"You know sometimes I feel like such a fucking prostitute." I watched her sitting there, poundered her statement for a minute. She was naked, small, crying. She looked like a little girl. Finally I answered: "That's because you are a fucking prostitute." She seemed utterly indifferent to my sudden judgement but still I felt obliged, or more likely, inclined to add: "There's no shame in that. It's just what you do. You invite men to have sex with you for money. Oldest trade in the world." Back then I was madly in love with her, enchanted by her looks and her sharp mind. Nowadays, I'm not so sure what I am.
"Sure beats being a manager." She said that; a real tough kid, she is.

It all started, like most of it, with family. Her father was fat, obese even, loud and very abusive. Her mother didn't really give a damn. Just your average modern world fairytale, she got herself out of the mud, studied, looked after her sister, got into college. "Well, sh-should be real proud of yourself", slurried her uncle Walter, trying to get himself some prime teen titty. So she got into college, and soon, away from her abusive and violent home, found herself leading a happier life. But as some kind of natural rule dictates, she still had to meet the wrong guy for her. Dean was handsome, a real jock, real witty too and she fell madly in if not love something closely resembling love with him. They danced and talked all night for months, she felt like a queen, he made her feel like that. Soon she said: "It doesn't matter if he hits me, that's my fault, as long as he loves me." They married, a humble ceremony, Dean didn't like to spend money on things that you couldn't snort. "If it doesn't disappear in your nostril, it probably's not worth the money" was one of his fixed expressions. He was a real tough mother, probably screwed a lot of women on the side, too. But you can't be sure of that, not totally sure at least. Well, they married and he stopped loving her. But he left her with a child to take care of, the one thing he did give her, and nowhere to turn.

Can't say I'm sorry about all that, because I wouldn't get to nail her if it hadn't happened. I know she needs the money. She knows what I need. Greatest deal in the fucking world. So in a way, I guess there really exists some kind of cosmic balance, even if some people only get to know the downside of it.

I approached her over at Grover Streer where she was solliciting for some good old bucks. She wore a skimpy pink tanktop and a real short skirt and even though she looked like the next tacky whore superficially I really knew there was something special about her from the start. She moved me, you could say, I can't explain it, it's just like her face opened up, I could see what was beneath all the paint and it really got to me.

"I shouldn't have been born." she told me one night, when our nightly encounters had been going on for some weeks, she liked to take her time after making love. I never did anything but make love to her, I never fucked her. When she said that, I looked at her, gazed at such honesty in a professional girl and I became a listener where I was a costumer before. Every time I gave her money for sex afterwards I felt like I betrayed her. I began to think maybe I have fallen in love with her.

I know I should take care of her, but I can't handle it. Where does a man get the strenght to pull another human being out of the mud from? I sure as heck don't know.
Would I be inclined to help her, to take her to a better life, if she looked really ugly? It's a valid question, I guess, but one not worth asking, because she is there now, breathing, crying, breaking me to pieces and tearing me apart.

I'm turning to you, Frank, my friend, because I don't know what to do. If I do take her with me to live someplace in a cleaner, more wholesome neighbourhood, I would gain a lot, but I will almost certainly lose youth. I will gain a kid, some beauty, and a profoundly poetic story in my life. I don't know if that's enough.

I would also gain the knowledge that I was doing the right thing, but hey, who gives a damn about that these days. Right?

Your friend
Danny F."

maandag 26 mei 2008

Canis canem edit

De recente rellen in Anderlecht herinneren de nadenkende burger vast aan oudere en ernstigere conflicten uit het verleden, zoals de continue stroom van rellen in Parijs sinds 2005. Maar social-economische geïnspireerde rellen zijn wellicht van een andere aard dan een promiscue en obscene clash tussen twee groeperingen die amper een andere reden om te vechten kunnen hebben dan frustratie, verveling en ideologische haat. Of niet? Waarom zijn voetbalhooligans er plots zo belust op om de hoofden van allochtone jongeren in te slaan, en vice versa?

Ellende en ongeluk lopen als de blauwe en rode rivieren die ze zijn door de wereld. Het bestuur doet wat het kan en dat is niet veel. "De jongeren in Anderlecht hebben opgeroepen om op autochtonen te slaan", hoorde ik vrijdag van een vriend van me. Gezellig. Het antwoord van het bestuur was een gigantisch machtsvertoon van de politie en ik zie eerlijk gezegd niet in hoe er anders zou kunnen gereageerd worden. "Opkuisen met een Kärcher", zei Sarkozy naar aanleiding van de rellen in zijn hoofdstad. Sarkozy is wellicht geen erg gevoelige ziel, maar het is wel wat er steeds maar gebeurt in dergelijke situaties. Toch waren die rellen van een heel andere aard. Het ging om sociaal-economische rellen van een zeer ongelukkige en gefrustreerde groep jongeren die vooral ageerden tegen de uitzichtloosheid van hun eigen situatie. Wat er dit weekend in Anderlecht gebeurd is had meer weg van een 'turf war', een bende-oorlog om de heerschappij over een territorium uit te vechten. Dat geeft de hele situatie een gratuit en wrang karakter die het in Frankrijk niet had.

De jongere die de autoriteit van de oudere en de autoriteit bevecht, het is een verhaal dat veel ouder is dan de westerse samenleving. De ouderen beseffen goed dat wanneer het jonge geweld begint te rellen dat zij dan verloren zijn. Al in de bakermat van onze beschaving, het oude Griekenland, was de angst voor de opstand van de jongere generaties zeer groot. Socrates werd niet voor niets tot gifbeker veroordeeld voor "bezoedeling van de jeugd". De rellen in Anderlecht kunnen echter niet onder die noemer geplaatst worden, daar het ging om een treffen tussen twee compleet gelijke groepering wat sociale stratificatie betreft. Deze rellen zijn misschien symptomatisch voor een nog oudere drift van de mens, het bewijzen van de mannelijkheid in de peer group.

Dat wil dan zeggen dat deze rellen iets seksueels hebben. Het rellen is een kwestie van viriliteit, binnen de groep dienen de gelijkgestemde ego's zich te bewijzen en hun plaats binnen de pikorde te bewaren. Sommigen vinden dat een nutteloze verspilling van energie voor hogere primaten die zich binnen een socio-cultureel betekenissysteem van hogere orde bewegen, maar binnen de groepen is die pikorde een zaak van vitaal belang.

Wat de verklaring voor de rellen ook mag zijn, zeker is dat ze de uitdrukking zijn van een zeer nihilistisch betekenissysteem. Er wordt gevochten om de symbolische zeggenschap en heerschappij over een stuk grond waarop toevallig een voetbalstadion staat. Wat wordt er gevraagd door deze mensen? Een betere wereld? Betere banen? Een solidere sociale zekerheid? Zij vragen niets behalve dat ze zich kunnen uitleven in hun geweld over een zaak waarvan ze diep in zichzelf ook wel weten dat ze de moeite van het verdedigen niet waard is. Ik heb het dan ook veel liever wanneer de jongeren samenspannen tegen de staat om de veranderingen door te drukken die zij zo vitaal nodig hebben, die voor hen zo prangend zijn. Ook tijdens rellen kan er een bepaalde vorm van lovenswaardige solidariteit zijn en niets verandert zonder brokken te maken. Maar als mensen, die eigenlijk aan dezelfde kant zouden moeten staan, elkaar naar het leven gaan bekampen dan is dat slechts een zeer trieste zaak waaruit nooit iets goeds kan voortkomen.

donderdag 22 mei 2008

Zielenheil voor de 21ste eeuw.


Als kind keken wij op een keer onder de rokken van de vette pinguïn die ons toen de fijne knepen van het binnen de lijntjes kleuren bijbracht. Wat we daar, warm onder die habijt, te zien kregen intrigeerde ons zo dat we nooit in staat zijn gebleken om ons te bevrijden uit de wondere wereld van de religie, onze seculariteit ondanks. Er is weer nieuws uit wonderland, waar de doden opstaan en de vlammetjes spontaan boven de hoofden schijnen en waar één man nog drie personen tegelijk kan zijn: onze allerliefste kardinaal Danneels gaat er misschien mee stoppen.

Er is al meteen een belangrijke nuance van het voorgaande nodig. Of Danneels ook echt de kazuivel aan de kapstok gaat hangen is immers nog een open vraag. Onze lievelingsaartsbisschop heeft vandaag officieel zijn ontslag aangeboden, maar dat is eigenlijk slechts een standaardprocedure voor kardinalen als ze 75 jaar oud worden. Of de kardinaal dan ook echt gaat opstappen om in zijn tuintje van een chateau Latour uit 1989 genieten valt nog te bezien. Het is meer waarschijnlijk dat de kardinaal nog een hele tijd aanblijft. Daar zijn twee redenen voor. Ten eerste dient het ontslag van de kardinaal nog aanvaard te worden door vriendje Benedict. Ten tweede kan het nog lang duren voor er een opvolger voor Danneels gevonden wordt. Tot die tijd kan Danneels de facto niet aftreden. Ook in katholiekenland speelt men graag administratieve spelletjes.

Maar goed, laten we als de keurige tros schapen die we zijn onze herder respecteren en de vraag naar de opvolging stellen. We moeten niet vergeten dat de goede kardinaal ondanks de tanende invloed van het geloof toch nationaal de belangrijkste vertegenwoordiger is van datzelfde geloof en dat we zijn hoofd dus tot vervelens toe te zien krijgen telkens de paus of een andere hoge kerkrakker iets vreselijks erudiets over abortie of anticonceptie heeft gezegd. Wie zijn opvolger ook wordt: we zullen ongetwijfeld aan zijn verschijning gewend moeten raken en we zullen van hem moeten leren houden zoals we ook van Danneels hielden. Zoals we ongetwijfeld van Danneels houden. Ziezo, nu de feiten aan de kant zijn is het tijd voor wilde speculaties! Wie zal Danneels opvolgen?


Wordt de opvolger misschien André-Mutien Leonard, de huidige bisschop van Namen? Leonard, op de foto met omgekeerde pitta op zijn hoofd, ligt me zeer nauw aan het hart. De brave man is immers, net zoals ikzelf toen ik nog jong en bejaard was, bezig met metafysica en schreef een cursus die vroeger aan de UCL gedoceerd werd. Hij schrijft ook een wekelijkse column in het Katholiek Nieuwsblad en hij spreekt en schrijft perfect Nederlands, ook al is hij strikt genomen een Franstalige. Daarenboven is Monseigneur Leonard Freudiaan. Hij liet in april 2007 in Télé Moustique weten wat hij, vanuit zijn interpretaties van de psycho-analyse, vindt van homoseksuelen, namelijk: "De homoseksuelen hebben een blokkage ontmoet in hun psyschologische ontwikkeling, wat hen abnormaal maakt." Waarom kies ik hier precies Leonard als eerste kandidaat-opvolger? Omdat ik een zeer tendentieus en manipulatief personage ben uiteraard! Maar de man wordt ook wel echt getipt als favoriet in de successiestrijd. Wijzelf zouden maar wat graag zien dat deze man de belangrijkste religieuze autoriteit in ons land wordt, het zou de polemische waarde van het katholicisme in ons land alvast verhogen. Hoera daarvoor!


Misschien wordt Monseigneur Roger Vangheluwe, de huidige bisschop van Brugge de nieuwe kardinaal. We kennen hem als de lieve bisschop met Roeselaarse roots. Bisschop Vangheluwe heeft een beetje weg van een lieve teddybeer, postuur en al, en hij kan het geloof vast weer knuffelbaar maken. Bovendien is hij, als eerste Belgische bisschop in een quizprogramma, in dit geval de tabel van Mendeljev, een zeer mediagenieke figuur. Hij spreekt de jeugd ook vast aan, want je denkt onwillekeurig aan Worlds of Warcraft als je hem voorbij ziet stappen. Waardig. Benedictus, je hebt je man, zou ik zeggen.


Maar je weet nooit hoe Zijne Heiligheid redeneert natuurlijk. Misschien is de paus wel een uitgesproken Westvlamofoob en wil hij, gezien zijn en hun affiniteit met de Duitstalige cultuursfeer koste wat het kost een Limburger aan het roer. De bisschop van Hasselt is met zijn 56 jaren niet alleen de benjamin onder de Belgische bisschoppen maar bovendien is hij ook een verwoed fietser. Een fietsende bisschop? Kan het nog cooler? Patrick Hoogmartens is duidelijk de hipster van de hoop, de blanke Sammy Davis van de katholieke ratpack. Wij zien deze rebelse en modieuze jonge persoonlijkheid uitgroeien tot de 50-cent van het katholieke geloof. "I was straying from the path all the time, walking around with my loaded jesusstatuette in my pants. But now I saws the light." Taalfout intended. Als je dit leest Patrick, want we mogen een hippe hipster als jou wel tutoyeren, een bandana is the way to go.


Paul Van den Berghe, de bisschop van Antwerpen, is een geletterde heer, hij is namelijk een thomistisch wijsgeer. Het Thomisme, of correcter neo-thomisme, is de filosofie van Thomas van Aquino overgoten met een Kantiaanse saus. Schimmiger kan haast niet en een zeer populaire denkrichting is het ook al niet. Maar kom, laten we mild zijn, de mens denkt graag, en dat is al veel in deze tijd met deze zeden. Helaas werd Monseigneur Van den Berghe ook 75 dit jaar en is hij de jure, maar ook nog niet de facto, bisschop af. Weinig potentieel voor reële opvolging hier.


Bisschop Harpigny van Doornik is ten slotte ook nog een leuke kandidaat. De man is Islamkenner en is om die reden door de paus benoemd als lid van de Pauselijke Raad voor de Interreligieuze Dialoog (PRID - niet te verwarren met PRIDE, een organisatie die een heel ander soort van menselijke communicatie nastreeft). Om één of andere reden betwijfel ik of Islamieten zitten te wachten op een dialoog die hen door de leider van hun natuurlijke rivaal, de katholiek, in de strot wordt geramd. Maar kom, laten we mild zijn, de man doet zijn best om een open geest te hebben. Harpigny wordt ook dikwijls openlijk getipt als de opvolger van Danneels, hij ziet er goed uit en hij doet ten minste zijn best om geen Thomistische filosoof te zijn of zo. We zeggen maar wat.

Wie wij met ons zwakke vlees ook persoonlijk verkiezen als opvolger van Danneels, de ijzeren successielogica wil eigenlijk dat het een Franstalige bisschop wordt. In dit geval gaat de strijd vooral tussen Leonard en Harpigny, ofte de homobasher en de islamietenknuffelaar. Dat is natuurlijk een erg zwart-witte voorstelling van de zaken: Leonard knuffelt vast soms homo's en Harpigny basht waarschijnlijk ook soms een Islamiet. Observatie: ook in de kerk is er sprake van een strijd van progressief tegen agressief. Wij vertrouwen op onze geestelijke leider in Rome en een ding is zeker, er komen in de nabije toekomst alvast gouden tijden voor de kerkwatchers onder ons. Ite in pace.

woensdag 21 mei 2008

De fysiognomie van de vijand


Een wijl geleden grapte ik nog wel eens dat ik een 900 pagina's tellend boek met de uitmuntend intellectueel klinkende titel 'de fysiognomie van de vijand' aan het schrijven was. Het fictieve project omvatte een lange beschrijving van de verschillende indelingen van de vijand naar lichaamsbouw en aangezichtstype. Het algemene idee van dit project was dat je uit de uiterlijke kenmerken van het gelaat van een mens veel kan afleiden over zijn politieke en sociale oriëntatie in het leven. De tak van de 'wetenschap' die zich daarmee bezighoudt heet 'fysiognomie', niet verwarren met 'frenologie', die zich slechts specifiek onledig houden met het meten van schedels. De gedachte dat innerlijk uiterlijk weerspiegeld wordt is totale bullshit, zoveel mag duidelijk zijn. Maar blijkbaar vonden bepaalde universiteiten aan de Oostkust van de Verenigde Staten het hele idee toch niet zo lachwekkend.

M. F. Burnyeat, journalist voor de 'times literary supplement', meldt dat zowel George W. Bush als Hillary Rodham Clinton waarschijnlijk in hun ondergoed gefotografeerd zijn bij hun inschrijving in hun respectievelijke universiteiten, Yales en Wellesley. De gekke scientists daar aan de Oostkust hadden namelijk de hypothese opgevat dat je uit mensen hun houding kan afleiden hoe hoog ze klimmen op de maatschappelijke ladder. Totale bullshit, zoveel mag duidelijk zijn. En wie dat een onwaarheid acht mag me even het fenomeen Stephen Hawking komen verklaren.

Wat er ook van zij, ik zou maar wat graag de foto's van Hillary in haar halfnaakte staat zien. Ik vraag me soms af, democratisch machtsicoon en vrouw van een zeer geile midlifer als ze is, of ze wel een lichaam heeft. Voor de foto's van Bush pas ik toch maar. Als ik een wat dwaze halfnaakte man wil zien weet ik die wel te vinden in de nabijheid van de spiegel.

Volgens mij was Yves, de grote leider van onze machtige natie, een sloucher in zijn studententijd. Nooit volledig rechtlopend, blik wat naar beneden gericht, een ongelukkige blik op zijn gezicht. "Yveken, hef je voeten eens op.", vertelden ze hem. "Ja mama", prevelde hij dan, en ook "Ik ga onze Billy voeren." Want Yves hield vroeger ook al van dieren. "Meer dan van mensen.", zei zijn mama weleens, "Soms maak ik me echt zorgen om mijn jongen." Lieve mama. Maar het is toch goed met hem gekomen, zie eens aan wat hij allemaal al bereikt heeft. Ook ik heb een lieve mama die zich soms zorgen om mij maakt. Ook ik kijk niet altijd rechtdoor, loop veelal gebogen en heb wat ze poëtisch 'de uitdrukking van de trieste clown' en minder poëtisch 'een dwaas bakkes' noemen. Het valt aldus, als de bovenstaande hypothese van de fysiognomie en dergelijke meer klopt, met vrij grote zekerheid te zeggen dat ik binnen een aantal jaren de premier van het hele land word, hoe dat land tegen dan ook mag heten. Rejoice!

zaterdag 17 mei 2008

De dikke van de Standaard

Het lieve mensje in de dagbladwinkel keek me maar wat vreemd aan toen ik de Standaard op haar toonbank kwakte met de woorden "Ik wil graag dit boek kopen." Fronsend en een beetje gegeneerd ga ze me "Twee euro" als rake repliek. Ouch, I felt that one.

Het is een veelgehoorde klacht: onze kranten worden dikker maar niet beter, niet informatiever en zelfs niet amusanter. Onze kranten zijn kleurrijker, handiger van formaat, zwaarder van gewicht en talrijker van pagina's. Ik geloof in de hypothese dat we dra een bestelwagen nodig zullen hebben om de krant te kunnen kopen en naar onze huizen te kunnen transporteren. Vooral de weekendbijlages zijn vreselijk volumineus geworden. Je kan met zo'n papieren wangedrocht echt niet op een trein gaan zitten zonder je medemensen ernstig lastig te vallen. Nu ja, sommige mensen houden daarvan. Als je je krant aan de keukentafel leest lijkt het wel of je een archivaris of documentalist bent. Ik kan leukere dingen bedenken dan een halfuur papier ruimen na een poosje de krant gelezen te hebben.

Een poosje? Als je dat ding, want ik heb geen positievere term om het te benoemen, helemaal uitgelezen wil hebben ben je een weekje zoet. Zeer ironisch aangezien de weekendkrant volstaat met exposities en films die je absoluut moet bekijken, boeken die je absoluut gelezen moet hebben, muziek die je gehoord moet hebben en restaurants en gerechten die je gesmaakt moet hebben. Niet als je de krant uit wil lezen. Dan zit je namelijk van 8 uur in de ochtend op zaterdag tot 10 uur in de avond op zondag te lezen. Ik kan alweer leukere dingen bedenken om te doen.

Toen ik nog student was en ik, in een ultieme poging om het geld van mijn ouders met bakken over de balk te smijten, gekozen had voor een bijkomende master in de journalistiek kwam er af en toe een hoofdredacteur zijn krant met hand en tand aan ons verdedigen. Ik zag daar zeer goed het absurdisme van in; wij, als leden van de academische intelligentsia, bekeken het hele mediagebeuren met kritische ogen en werden geacht om een man als Yves Desmet het vuur aan de schenen te leggen. Nu waren wij maar wat een alcoholistische gedesinteresseerde bende, zoals de meeste alfa-wetenschappers dat zijn, en deden wij dat niet. Maar het werd desalniettemin van ons verwacht. Het jaar dat daarop volgde was Yves een potentiële baas van ons, en werden wij geacht om zeer kritiekloos en voor zeer weinig geld aan intellectuele prostitutie te doen. Ultieme ironie! Sommigen onder ons, ex-journalistiekstudenten, prostitueren zich nu met verve. Ik niet, maar als ze mij iets zouden aanbieden dan spring ik erop als een wilde bloedhond en laat ik me als het moet overal betasten. Want ik houd van schrijven, ik houd van het buzzgevoel dat je krijgt als je aan een leuk verhaal of aan een verslag kan werken.

Desmet had natuurlijk gelijk toen hij zei dat er vroeger ook problemen waren. We willen niet weer naar het systeem van de partisanenkrant, de krant die bij een bepaalde politieke of levensbeschouwelijke zuil aanleunde. Nee, natuurlijk willen we dat niet. Maar het is toch zeer gevaarlijk hoor om over dichter bij 'de waarheid komen' te gaan spreken. Ik zie geen grotere waarheidswaarde, maar individuele mensen die nog steeds zeer subjectieve en soms ideologische geladen standpunten innemen. Dat kan ook niet anders, mensen zijn immers geen objectiviteitsmachines, wanneer ze over iets gaan schrijven hebben ze al een zekere gerichtheid ten opzichte van het onderwerp. Ik wil het zwaar beladen woord subjectiviteit daarvoor zelfs niet gebruiken. Schrijven is een actie, een actie is altijd een gerichte bezigheid en daarmee is objectiviteit grotendeels uitgesloten. Maar we gaan hier niet al te epistemologisch worden.

Is de gigantische stortvloed aan informatie die je als je de krant wil doornemen een verbetering? Een stortvloed aan info kan je op het internet ook vinden, voor bijna geen geld. Moeten de kranten dan niet net een selectie aanbieden? In plaats daarvan lijkt het of ze proberen om volledigheid te bereiken in zoveel mogelijk rubrieken.

Ik ben 25 jaar, ik heb filosofie gestudeerd, daarna journalistiek, daarna ben ik begonnen aan een studie in de biochemie. Die laatste studie heb ik zeer vlug stopgezet. De stopzetting heeft me erg veel pijn gedaan, nooit zal ik de technische details van de inwendige werkingen van het leven kennen. Maar ik heb me daarover gezet. Het is futiel om te streven naar volledige informatie, naar volledige kennis, wij zijn en hebben geen oneindig wezens. Als ik, zo jong en zo groen, dat al kon leren, waarom kan het persbedrijf dat dan niet?

Mijn voornemen voor het volgende weekend: ik kies de dunste krant. Liever een gedoseerde hoeveelheid waardeloze en slecht verwoorde informatie dan 3000 erg elegante en geweldig informatieve stukken waarvan ik slecht 1 procent kan lezen en nog minder kan onthouden.

woensdag 14 mei 2008

Karolien bleit 2

(Vrij naar Caroline says II van Lou Reed)

Karolien bleit.
"houd ou bakkes geit"
ze ligt met haar kop tegen het cement
"maar dat is niet plezant", ze vent

Karolien bleit.
met haar dikke snottekop
"ge zou nu toch beter moeten weten,
het gaat nu harder en t' is er altijd op."

Maar om te sterven
heeft ze gene schrik
al haar vriendinnen noemen haar al Ijsland
ze pakken nog ne sherry en ze vragen

Zijde zot misschien?
Wat is dat nou, gij trien?

Karolien bleit
"gij stinkende slet"
"gij kun mij slagen as ge wilt
maar het maakt mij geen kloten uit."

Karolien bleit
haar neusbrug kapot
"der moet nou toch meer dan dit zijn,
ma ik zie ou zuu geirn."

Maar om te sterven
heeft ze gene schrik
al haar vriendinnen noemen haar al Ijsland
ze pakken nog ne sherry en ze vragen

Zijde zot misschien?
Wat is dat nou trien?

Ze sneed haar polsen nog ne keer kapot
maar den doktoor kwam weer niet te loat

Het is machtig kaat doar in Ijsland
Het is machtig kaat doar in Ijsland
Het is machtig kaat doar in Ijsland

dinsdag 13 mei 2008

History of Western Philosophy in 90 seconds

Wat is er nog belangrijker dan steeds benadrukken hoe belangrijk en intelligent je bent omdat je vier jaar filosofie gestudeerd hebt? Benadrukken hoe vreselijk weinig je met die filosofie kan doen eens de opleiding afgelopen is natuurlijk! Ook: erover klagen, er kritiek op geven, willekeurige mensen erover lastig vallen, grondige veranderingen in de opleiding suggereren en om de haverklap 'ah het vreselijke lot van de denker' schreeuwen. Als mensen je dan uiteindelijk vragen wat je zou kiezen mocht je nu je studie aanvangen zeg je: "Filosofie, natuurlijk". Wij zijn hier natuurlijk weer schaamteloos aan het generaliseren, en het kan best zijn dat bepaalde hersendode gelukkige en optimistische idioten nooit klagen over hun studies van de moeder van alle wetenschappen. Deze Amerikaanse comedienne, met de mooie naam Jennifer Dziura, kan alvast niet veel goeds zeggen over haar 4 jaren in het tochtgat van het denken. Eén ding dat ze wel heeft overgehouden aan haar beproveingen is de mogelijkheid om "de Geschiedenis van de Westerse Filosofie" door Sir Bertrand Russel in negentig seconden samen te vatten. Sterk, want het boek telt zelfs in de pocketversie meer dan 800 blz. Enjoy.

zondag 11 mei 2008

De capriolen van een pretentieloze, doodeerlijke, brave, vriendelijke totale klootzak.

Ik ken op de wereld maar twee mensen die echt onverdeeld hilarisch grappig zijn. De eerste van dit duo lolbroeken ben ikzelf, hoewel ik vroeger grappiger was, of zo vertelt men. De tweede oerclown ontmoette ik een tijdje geleden op de Irisfeesten in Brussel. Zijn naam was Eduard, hij was 42, ongehuwd en gescheiden, kalend en meestal straalbezopen. Eduard had het grootste deel van zijn leven in Charleroi gewoond maar hij is desondanks een rasechte Vlaming met Antwerpse roots. Hij sprak me gisteren in Brussel aan met de woorden: "Koningin Victoria kan ferm mijn kluten kussen. Met haar moralistisch gezever." Ik was onmiddelijk verliefd op deze flamboyante en erg marginale man, die daarbovenop een zeer kwalijke lichaamsgeur had. Hij vertelde me dat ik hem Chanduard te noemen had, in het Nederlands zou dat Kalduard worden maar dat vond hij niet goed klinken. Hij liet de keuze toch aan mij. Ik koos voor het eerste en vertelde hem waarom. "Dat kan mij geen kluten schelen, manneken. We gaan nog enen drinken." En zo gingen we, op naar het avontuur, de wijde wereld in.

Na een kwartier in de eerste de beste bar aan het noordstation, alwaar vrouwen wel zeer dicht tegen onze tafel dansten. Zeer dicht, zeg maar op de tafels. Chanduard had mij een gogobar binnengelokt. Ik heb ooit één cola gedronken in een hoerenkast,maar wat het combineren van horeca en ranzigheid betrof overtrof dit zeer sterk al mijn voorgaande ervaringen. Chanduard scheen zich niet te storen.
We zaten na 15 minuten praten al aan het verhaal van zijn 30ste levensjaar. Zeer korte rechtenstudies, een mislukte legerdienst, een mislukte carriere op een olieplatform, een overbeschermende dominante moeder, een overbeschermende dominante vrouw, even later een ex-vrouw, een kind met leerproblemen en een vlucht naar het zuiden van Spanje waren al aan de revue gepasseerd. Op dat punt raakte Chanduard in ernstige logische problemen.

"In Spanje heb ik de ware betekenis van het leven voor de eerste keer gezien."
"Haja?"
"De mensen iets wijsmaken en het zelf geloven."
"Zoals?"
"Dat ge een patser zijt, dat ge goed kunt beffen, dat ge een financieel wonder zijt. Tegen uzelf vertellen en dan genoeg herhalen tot ge het zelf gaat geloven."
"En werkt dat?"
"Dat is het juist. Van het moment dat ge dat beseft zijt ge verloren. Slaagt ge er niet meer in om u zelf iets wijs te maken."
"Moeilijk."
"Zoals die bosaap uit de deer hunter altijd zei. Fucking A."

Hij nam een slok van zijn breedgerande pint, het schuim bleef aan zijn poreuze lippen hangen, waardoor hij er nog meer uitzag alsof hij leed aan ernstige en waarschijnlijk dodelijke vorm van hondsdolheid. Zijn ogen hadden de kleur van wijnappelsienen. Hij stonk nog steeds dodelijk uit zijn bek. Ik besliste dat hij mijn grote voorbeeld op deze wereld was. Hij was niet echt van plan om zijn theoretische uiteenzetting over de levenskunst te staken.

"Het enige wat ge uzelf derna nog kunt wijsmaken is dat ge iets meer weet dan de rest. Dat ge een wijsheid hebt die de anderen niet hebben."
"Maar dat is ook zo, toch?"
"Ik merk dat ge ook al in mijn val gelopen zijt. Het gaat niet makkelijk voor u worden manneken. Wat ik juist beschreven heb, een mens die zo denkt, weet ge hoe ze dat in de volksmond ook noemen?"
"Een filosoof?"
"Een zot. Ze noemen dat een zot. En vanaf het moment dat ge besloten hebt om een zot te worden, kunt ge u beter ophangen. Alle pret is zo uit uw leven."

Op dat punt besliste Chanduard dat het genoeg was geweest met al die ernst en hij schreeuwde naar een vent aan de andere kant van het groezelige vertrek dat hij "direct bij hem kwam".

"Dat is Agressieve Fons, we hebben nog iets te bespreken."
Agressieve Fons had een stierennek, een zeer gebruind gelaat en een aantal gouden ringen met indrukwekkende edelstenen. Hij droeg een donkerrood hemd waarvan de kraag rechtstond, zijn haar was met brillantine stijl achterover gekamd. Als je naar hem keek liepen er onwillekeurig rillingen over je rug. Als hij naar jou keek kon je maar beter je knieën beschermen.
"Maar laat ik nog iets vertellen. Het is een parabel. Wildet horen?"
Ik knikte van ja, nog altijd een beetje onder de indruk van heel de van testosteron zinderende omgeving.
"Op een dag staat Koningin Victoria des morgens op en ze gaat naar haar raam. Ik spreek over Koningin Victoria als oude vrouw hé. Ze was al ver voorbij houdbaarheidsdatum. Haar kouch was al dichtgegroeid en ze had haar citroenensmoel zo geoefend dat ze zelfs niet meer kon lachen als ze wilde. Elke ochtend ging ze naar het raam om naar de lucht te kijken, want zoals de meeste ouwe wijven vond ze het weer heel belangrijk. Het weer en over dode mensen praten waren zowat haar hobbies. Nu koningin Victoria staat aan het raam en ze ruikt een vreselijke stank. Echt de vuilste rotte vleesgeur dat ge u kunt voorstellen. Een beetje zoals de afvalcontainers van een leerlooier. Ze draait zich om, want ze wil de oorzaak van die geur vinden, ze kijkt naar haar bed, maar ze ziet niets. Ze zoekt gans de kamer rond maar nergens vindt ze een teken van enige bron van stank. "Strange", peist ze, maar het was een volhardende vrouw, een bikkelhard wijf. Ze komt op het idee om ook eens onder haar bed te kijken. Ze kijkt onder haar bed..."
"En...?"
"Een hele plas vloeibaar schijt met in het midden van de plas een wit object dat ze niet direct thuis kan brengen. Ze roept haar knechten om het ding uit de plas te vissen en het blijkt een gezellige 18e eeuwse damesonderbroek te zijn."
"Wat gebeurde er dan...?"
"Hoe wat gebeurde er dan? Gij dommekloot. Koningin Victoria had onder haar bed gescheten, haar onderbroek erin gesmeten en was dan gaan slapen. Ze was gewoon gaan slapen boven haar schijt."
"Ja, oké. Maar het is een parabel zeg je, wat is de boodschap dan?"
"Het is al gelijk wat de mensen over u vertellen: als ge onder uw bed schijt en ge zijt het 's morgens vergeten dan gaat het niet goed met u."
Bij die laatste zin stond Chanduard al op van het tafeltje, daarbij voorzichtig opletten dat hij de schaars geklede vrouw niet van het tafeltje duwde.
"Drink wat ge wilt, ik ken de eigenaar. Als ge lief zijt tegen de meiskes moogt ge misschien foefelen. Ik moet weg."
Hij ging bij de man met de stierennek aan de andere kant van de ruimte staan. Cindy, het meisje dat net nog op mijn tafel danste, ging wulps naast me zitten. Ze was niet onknap, op enkele vieze tanden in een overigens perfect gebit na.
Chanduard maakte aanstalten om naar de achterkamer te vertrekken, maar niet voor hij me nog iets toeriep. Ik verstond er geen woord van. De rest van de avond werd heel vervelend en ik kwam wat te weten over Cindy en haar collega Samantha.

De volgende dag stond ik op met enorme hoofdpijn. Ik ging naar mijn vensterraam om te kijken welk weer het was. Plots vingen mijn neusvleugels de meest vuile rotte vleesgeur. Met een waanzinnige sprong stond ik naast mijn bed en na een flinke ademteug keek ik angstig onder mijn bed. Niets te zien. In mijn bed lag een onaangeklede gogo-danseres. Ik kon de stank niet verklaren. Mijn geest trachte de mysterieuze woorden die Chanduard net voor zijn vertrek naar me riep.
Woord voor woord sijpelden ze bij me binnen. Na enige reconstructie kan ik met zekerheid zeggen dat hij dit zei: "Als ge denkt dat ik stink moet ge morgen maar eens aan uw fluit ruiken als ge met die vuile Cindy daar vogelt."
En zo geschiedde.

donderdag 8 mei 2008

Zeer stille Sterchele



Ik houd erg veel van voetbal, ik verslind alles dat van dichtbij of van veraf ook maar iets met voetbal te maken heeft. Mijn vrienden noemen me een fanaticus. Als er gekozen moet worden tussen een film voor volwassenen waarin meisjes met hun blanke blote boezems zwangelen en een voetbalwedstrijd dan kies ik altijd voor de (voetbal)wedstrijd. Ik word het nooit beu om feitjes over voetbal op te sommen, matchen te bespreken of om de goede en slechte kanten van spelers openbaar te maken. Tijdens het vrijen denk ik weleens aan Vincent Kompany.

Dat is eigenlijk niet waar.

Anyhow, François Sterchele is dood. "Star sailor", dacht ik eerst nog toen het bericht mijn hoofd binnentrilde en ook, "dat is nu jammer", want ik houd van de muziek van Starsailor. Maar het ging over iemand anders, naar alle schijn een soort van opkomende voetbalheld. "Ook leuk!", dacht ik meteen, en onmiddelijk daarop, "Moving on!" Dat gaat zo. Schietpartij in Schaarbeek, moving on! 80.000 doden in Myamar, moving on! Zo ook met deze zaak. Getalenteerde jongeman sterft in verkeersongeval, moving on!
Niet dus, uren en uren werden wij, de Belg, bestookt met allerlei boodschappen, anekdotes, interpraties en verklaringen over het wel en wee van deze, zoals mij duidelijk werd, zeer toffe peer.

Sterchele reed zich deze nacht met zijn Porsche te pletter op de N49 in Vrasene, richting Knokke dan nog. Onvergeeflijk snobistisch van hem. Hij reed natuurlijk te snel. Ik wil me bij voorbaat al verontschuldigen bij Filip Joos, die naast voetbalcommentator blijkbaar ook een uitstekend socioloog is. Filip Joos vindt dat we leven in een puriteinse maatschappij en dat uitspraken zoals de mijne in de voorgaande zinnen een beetje belachelijk zijn. Dat vertelde hij aan mij persoonlijk, weliswaar doorheen mijn radio en in het bijzijn van opperlolligaard Peter van de Veire. Wel Filip, wij liberale denkers onder elkaar kunnen elkaar best wel met de voornaam aanspreken, dat vind ik nu dapper gesproken van je. Dat is jouw visie, dat zijn de tekenen die jij ziet. Niet dat het er bijzonder veel toe doet, maar laat ik je toch even tegenspreken en eens vertellen wat ik zie.

Ik zie een totaal dolgedraaide spektakelmaatschappij. Dat moet jij als sport- en mediaman, al is het maar gedeeltelijk, wel kunnen volgen. Ik zie overal dat het mensen eigenlijk helemaal niet kan schelen wat er gebeurt, zolang er maar iets gebeurt. Zolang het maar knalt. Doping, hartaanvallen op het veld, omkoperij, de dikke kop van een voormalige Argentijnse spits! Zolang het er maar mooi, smooth en spannend uitziet. Zolang het maar sexy is. Ik zie ook dat er eigenlijk niets meer gebeurt doordat er zoveel gebeurt. Baudrillard, wiens overlijden ik vorig jaar slecht zeer summier vermeld heb gezien, noemt dat de inertie van het hyperreële. We zitten eigenlijk heel de tijd in een spektakelstoel, een beetje zoals in de bioscoop het geval is, en al wat men ons voorlepelt nemen we met de grootste traagheid tot ons, onkundig om te reageren. Ik heb het nu over ons, Filip, als leden van de massa, niet als de zeer vooraanstaande intellectuelen die we beiden zijn. Aldus, en probeer me nu nog even te volgen, het duurt niet al te lang meer voor ik tot mijn punt kom, gaat het niet om een puriteinse maatschappij waarin wij leven. Het gaat erom welk spektakel er kan gegenereerd worden door zeer puriteinse uitspraken te doen. Als puriteinse uitspraken een spektakel opleveren dan zullen er puriteinse uitspraken gemaakt worden. Zoniet, dan niet. Te vlug rijden is zo rijden dat het een leuk verhaal oplevert waarvan mensen zeggen: "oh" of "ah" of "ze moesten die snelheidslimiet verlagen" of "ze moesten die snelheidslimiet verhogen". Maar nog een keer: dat is maar mijn mening over die hele zaak. En Baudrillard, ach ja, die reed niet in een sportwagen en heeft gewoon een resem ontoegankelijke boeken geschreven. We moeten daar allemaal niet te zwaar aan tillen. Zwaarwichtigheid is weliswaar de boodschap zelf, zeker als het over de dood gaat.

Misschien heb jij een tante Maria die vaak dingen zegt als "ze moesten hem bij zijn kloten ophangen en hem schillen met een patattenmes." Ik heb er ook zo eentje, maar ik acht ze van minder belang in de hele thematiek ter hande. We kiezen allemaal onze eigen bronnen.

Uiteindelijk besluipt me ergens een zeer cynische, op en top verfoeilijke maar zeer spectaculaire gedachte, die dus uitgesproken moet worden. De gedachte: als ik ooit een kleuter doodrijd hoop ik dat ik tegen die tijd een bekend sportidool ben. We leven in een zeer spectaculaire maatschappij, met niets achter de facade.

Sterchele is stil, en waarschijnlijk zou het hem geen ruk kunnen schelen of de maatschappij vol spektakel is of niet. Als hij maar kon voetballen, van het leven genieten en klaarblijkelijk, te vlug rijden. Zeker kunnen we daarvan niet zijn. Moge je rusten in vrede, François, ik denk aan je, met zo weinig mogelijk spektakelgeilheid.

zaterdag 3 mei 2008

I think I'll...

Zonet de grappigste en misschien meest cynische passage gelezen die ik ooit in een boek gelezen heb. De schrijver is Kurt Vonnegut en het boek is 'Palm Sunday' en ik zou maar een sadistische klootzak zijn mocht ik ze iemand willen onthouden.
De tekst gaat: "The child of a suicide will naturally think of death, the big one, as a logical solution to any problem, even one in simple algebra. Question: If farmer A can plant 300 potatoes an hour, and farmer B can plant potatoes fifty percent faster, and Farmer C can plant potatoes one third as fast as farmer B, and 10,000 potatoes are to be planted to an acre, how many nine-hour days will it take Farmers A,B and C, working simultaneously to plant 25 acres?
Answer: I think I'll blow my brains out."
Miljarden mensen, overal ongeluk, oorlog, hongersnood, depressie, seksuele verdrukking en klimatologische rampen; de morele oplossing.
Dit was Frank, vanuit zijn zetel, in de intellectuele hoofdstad van de wereld, Hamme, Oost-Vlaanderen, met de wijze woorden "Je kan altijd je kop eraf schieten, je hebt niet veel te beslissen in je leven maar die keuze heb je wel." Slaap zacht iedereen.

donderdag 1 mei 2008

Mijn gesluierde schattebout


In je meest hongerige uren wil je wel eens naar een nachtwinkel gaan. Dan word je wel eens bediend door een angstig ogend moslimvrouwtje met neergeslagen ogen. Je neemt je waren, chips en een coca bijvoorbeeld, en stapt naar haar toe. Ze zegt: "Vijf euro asteblief." want nachtwinkels zijn schandalig duur. Laat ik de hypothetische nachtwinkelbezoeker op dit punt een goede raad geven. Vaak geef ik schimmige en mystieke adviezen maar dit is anders, een simpel praktisch advies. Zeg nooit, nooit, nooit, "dank je schatje" tegen het lieve moslimmetje achter de toonbank. Het eens zo lieftallige bedeesde meisje zal veranderen in een kwelende, agressieve, ronduit bloeddorstige woestijndraak. De toverwoorden die haar erop wijzen dat ze een seksueel bepaald wezen is moeten ten allen tijde vermeden worden. Om u te beschermen, lieve lezer, geef ik u enkele vuistregels voor de omgang met nachtwinkelwijfjes van niet-Indiase origine.


De vijf gouden regels voor de omgang met nachtwinkelwijfjes van niet-Indiase origine.
1) Kijk haar niet in de ogen, probeer nooit om vlees van haar lichaam te zien te krijgen, ook al gaat het om haar polsen.
2) Gebruik nooit woorden waaruit een verholen of onverholen affectie blijkt. Zeg nooit 'schatje', 'scheetje', 'nubische prinses' of 'woestijnratje'.
3) Als je tampons voor je vriendin, condooms of zelfs maar douchegel wil kopen, vertrek. Ga naar een nachtwinkel met een mannelijke verkoper. Indiërs zijn te mijden, die kunnen een vieze opmerking nooit laten. Moslims verachten je als je tampons koopt, maar dat is te verkiezen.
4) Raak haar nooit aan, ook niet om te betalen. Het geld smijt je het best met een manhaftige worp op de toonbank.
5) Richt je nooit tot haar als haar man ook achter de toonbank staat. Wat je in zo'n geval ook zegt, het zal door de man worden opgevat als een versierpoging. Nachtwinkelmannetjes hebben altijd een slagwapen achter hun toog liggen.

Ziezo dat moet ruimschoots genoeg zijn om u nog even in leven te houden.